100 jaar boeren met een hart

100 jaar boeren met een hart

Lamberdina’s Hoeve: het verhaal van drie generaties Thielen uit Castenray, boeren uit Castenray.

1890

Verscholen in het bosrijke gebied tussen Venray en Horst ligt een plek waar hardwerkende boeren en boerinnen met hun kroost in eenvoud en volgzaamheid leven. De saamhorigheid is groot. Ieder gezinslid heeft een heel duidelijke taak in de strijd om het bestaan. Want die staat voorop. De kindersterfte is hoog, de armoede is groot en de gebeurtenissen in de rest van wereld gaan aan hun voorbij. In de huisweide staan fruitbomen. Kalveren en koeien lopen vrij rond. De kippen scharrelen tussen het vee en doen zich tegoed aan het afval op het boerenerf. De eieren worden thuis gegeten of als ruilmiddel gebruikt bij de winkelier.

1919

1919

Lamberdina glimlacht, ze voelt zich bevoorrecht. Zij heeft met behulp van haar ouders een stuk land gekocht van koopman Hendrik Antoon Johannes Poels. Aan de Horsterweg, sectie G nr. 1975. Daar zal zij met haar man Willem Thielen een bestaan opbouwen.

1923

In 1923 is het zover: het college verleent de vergunning voor het bouwen van hun boerderij. En, zoals gebruikelijk was in die tijd, komen land en boerderij te staan op naam van Wilhelmus Hubertus Andreas Thielen. Kippen en koeien worden in die tijd vrijwel altijd verzorgd door de vrouw of de ‘maed’. Ook Lamberdina voert de kippen en haalt de eieren uit. Ze is trots, dat zij op deze manier haar steentje bijdraagt aan de inkomsten van hun gezin. Ze werkt hard en de dagen rijgen zich aaneen met de zorg voor het huishouden, de opvoeding van de kinderen, het verzorgen van de moestuin en de kippen. Ze is trots op haar man en de boerderij is nog mooier dan ze had kunnen dromen. Als de geur van het pekelvlees zich door de woonkeuken verspreid en haar gezin, ze heeft twee prachtige jongens gekregen, aan de blank geschuurde lindehouten tafel aanschuift om te genieten van de warmte van de ‘haerd’, geniet ze stilletjes.

1923

1932

Aan dit geluk komt abrupt een eind als Lamberdina in 1932 in het kraambed komt te overlijden. Lamberdina is dan 44 jaar oud. De jongens Piet (1925-1953) en Jan (1929-1995), zeven en vier jaar oud, zitten stil aan tafel. De pastor is onderweg en de staande klok tikt de tijd weg. Wilhelmus heeft niet veel tijd om te rouwen. Het werk wacht en de jongens hebben een moeder nodig. Hij trouwt met Truus Linders (1896-1975) en samen krijgen zij nog twee dochters: Diny en Trina.

Door een betere voorlichting besteden boeren steeds meer aandacht aan de verzorging van hun kippen en hoenderhokken. Bracht een ei rond 1900 tussen de twee en vijf cent op, blijft de prijs na de crisis (1933-1939) stijgen tot zeven cent en meer. Tegenwoordig legt een kip iedere dag een ei, maar in die tijd waren de kippen gedurende de winter van de leg. Een gezonde kip legde in die tijd tussen de 120 en 160 eieren per jaar.

Het aantal kippen op de boerderij van Thielen groeit gestaag. Truus, die net als Lamberdina naast het huishouden verantwoordelijk is voor de kippen, kan de zorg niet langer alleen af. Samen met haar zonen verzorgt ze de ruim 350 kippen, die overdag buiten lopen en scharrelen onder de bomen en tussen de koeien. Truus houdt van het ritueel: ‘s avonds gaan de kippen op stok, iedere ochtend vult ze de emmers met schoon water, stort ze de gritbak bij en maakt ze de hort schoon (plankenvloer onder de stokken om de poep op te vangen). Het zijn de hoogtijdagen in het gemengd bedrijf. Maar daar zal snel een einde aankomen.

Na de tweede wereldoorlog mengt de overheid zich meer en meer in de landbouwpolitiek. Specialisatie wordt een dwingende noodzaak. De Noord-Limburgse boeren moeten kiezen. Ook aan de keukentafel op de Horsterweg wordt gesproken over ruilverkaveling, herstructurering en bedrijfseconomisch belang. Wat de keuze ook zal zijn, het boerenbedrijf zal ingrijpend veranderen.

1958

Jan Thielen is 29 jaar oud als zijn vader Wilhelmus na een kort ziekbed komt te overlijden. Het zijn zware jaren geweest. Wilhelmus en Truus dragen in stilte een groot verdriet. Kleine Trina is nog geen jaar als zij komt te overlijden. En Piet, de oudste van de twee zonen, overlijdt 2 jaar voor zijn vader op 28 jarige leeftijd. Jan mag dan jong zijn, maar hij weet heel goed dat er op grote schaal veranderingen plaatsvinden in de land- en tuinbouw. Hij is ervan doordrongen dat er ook een ingrijpende verandering op de boerderij moet plaatsvinden om het bedrijf levensvatbaar te maken voor de toekomst. Het is geen gemakkelijke beslissing. Het gemengd bedrijf is definitief voorbij. Jan kiest voor de intensieve veehouderij: koeien en kippen.

1961

De modernisering van het agrarische bedrijf transformeert de boerderij in een gebouw voor efficiënte bedrijfsvoering. Er blijft niks over van de boerderij waar Jan als kleine jongen is opgegroeid. Hij is een ondernemer van zijn tijd en vormt met zijn vrouw Mie (1933-2017) een hecht team. Ze hebben maar heel weinig woorden nodig en streven één gezamenlijk doel na: investeren in een toekomst voor het gezin. Mie is de stille kracht die haar man volledig ondersteunt en het gezin aanstuurt. Jan durft door te pakken en probeert er uit te halen wat er in zit. Als boer houdt hij zielsveel van zijn bedrijf en misschien werkt hij er zelfs met nog meer plezier dan zijn vader, de traditionele boer, al deed. Niet in de laatste plaats, omdat hij al heel snel resultaat van zijn werk ziet. Jan en Mie krijgen 4 kinderen, twee jongens Wim (1960) en Eric (1965) en twee dochters Diny en Gertie (1961 en 1963). De kleine Eric heeft de boerengenen geërfd en haalt samen met moeder de eieren uit. Het leven lacht het gezin Thielen toe.

1961

1995

De repetities van Fanfare Dorpsklank zijn voor Eric iedere week weer een klein feestje. Er wordt serieus gerepeteerd en na afloop schuimt het bier en worden de laatste nieuwtjes gedeeld. De repetitie is net afgelopen als de telefoon gaat. Het rumoer verstomd. Moeder Mie is aan de telefoon. Vader Jan is er heel slecht aan toe. Eric weet niet hoe snel hij thuis moet komen.

Het is 1995 en Eric Thielen is, net als zijn vader, 29 jaar oud als hij de boerderij overneemt. Opnieuw zal alles veranderen. Intussen is een grote maatschappelijke weerstand ontstaan tegen de intensieve veehouderij. Duurzaamheid, dierenwelzijn en milieu staan steeds hoger op de politieke agenda. Het is een drastische en emotionele beslissing die de jonge boer neemt. Hij breekt alles af wat zijn ouders hebben opgebouwd. Een moderne pluimveehouderij met volierestallen, waar de kippen loslopen, verrijst op de plek van de legbatterij.

2017

Eric loopt op zijn land achter de scharrelstallen. De laatste tijd merkt hij dat hij dat steeds vaker doet. Misschien komt het omdat hij ouder wordt, dat hij steeds meer nadenkt over de toekomst van zijn bedrijf en de zin van het bestaan. Hij loopt en als je goed kijkt dan zie je dat hij hardop praat. Ja, daar moet hijzelf ook om lachen. Maar hij heeft het gevoel dat opa Wilhelmus en vader Jan op zijn schouders zitten en meekijken met iedere stap hij zet. Soms staat Eric even stil… en dan hoor je hem vragen: ‘Doe ik het goed?’

Iedere generatie in de familie Thielen heeft een nieuwe wending gegeven aan het bedrijf, innovaties doorgevoerd en het land overgedragen aan de volgende generatie. Voor hen voelt het ondernemen niet als sec een bedrijf of een manier om geld te verdienen. Ze zijn stuk voor stuk emotioneel verbonden met de grond, de streek en de regio. Eric’s hart ligt bij de kippen. Dat is nooit veranderd. Dat is nog steeds het vertrekpunt. Hij runt het bedrijf nu ruim 20 jaar en de laatste jaren is hij, door alle ontwikkelingen op het gebied van biologisch boeren, opnieuw gaan nadenken over de toekomst van het bedrijf. Zou hij nog een keer durven te anticiperen op de huidige denkbeelden en ontwikkelingen over voeding en kwaliteit? Over integriteit en traceerbaarheid? Het zijn heel veel vragen en hij weet dat de keuze die hij zal maken gepaard gaat met onzekerheid en grote risico’s. Hij staat op de plek waar Lamberdina 100 jaar geleden stond. En waar zij met een vastberaden blik vol vertrouwen naar de toekomst keek. Hij ziet zichzelf weer als dat kleine jongetje, die zijn moeder helpt met het uithalen van de eieren. Het beeld wordt steeds duidelijker. Eric realiseert zich meer en meer dat hij verantwoordelijk is voor de toekomst van dat kleine stukje land in Castenray. Dat de manier waarop hij daaraan invulling geeft wezenlijk bijdraagt aan de toekomst van de wereld.

2017

Economie is belangrijk. Maar duurzaam zorg dragen voor mensen, dieren, natuur, omgeving en de dag van morgen is een volwaardige manier van leven. Hij ziet het voor zich: een unieke biologische ei-boerderij waar de kippen een prachtige uitloop hebben en onder de bomen en struiken over alle ruimte beschikken om te leven. Om te scharrelen, eten, drinken, rusten en eieren te leggen. Eric glimlacht. Hij weet al wat de naam van de boerderij zal zijn: Lamberdina’s Hoeve. En hij voelt hoe opa en pa Thielen meekijken en opa fluistert: ‘Dat hebst dich goed gedoan jong!’